DS 17.09.2009: "onze" politici blunderen ook op economisch en fiscaal niveau. Ik zou hieraan nog willen toevoegen dat men de creatie van het ingewikkelde, dure en inefficiënte taalfederalisme ook als een economische blunder mag beschouwen: het schrikt buitenlandse investeerders af en verhoogt de belastingen, o.a. op arbeid.
zaterdag 17 januari 2009
Dure misrekeningen
Dat België nog nauwelijks belangrijke onafhankelijke bedrijven telt, is volgens PASCAL DENDOOVEN de schuld van blunderende politici. Daardoor zijn we kwetsbaar voor buitenlandse chantage, vooral in de elektriciteitsector.
De misrekeningen van onze politici vallen uiteen in twee grote luiken. In de eerste plaats is jarenlang een beleid gevoerd ten bate van belangengroepen in plaats, en niet ten bate van de consument. De belangengroepen verzekerden de regering dat België bij dit beleid wel zou varen.
In de elektriciteitsector mocht Electrabel hoge tarieven hanteren. Daardoor konden vakbonden en gemeenten (via de intercommunales) mee in de vetpotten graaien en bovendien zorgde de hoge cashflow van Electrabel ervoor dat Tractebel zich als wereldbedrijf kon uitbouwen. In de biersector hielpen de hoge bierprijzen bijvoorbeeld de cafés, die aan de brouwer gebonden waren, te ondersteunen.
In de financiële sector was een lage rente op het spaarboekje een middel om de banken goedkoop voldoende werkingskapitaal te verzekeren. De hoop was dat dit tot goedkopere kredieten zou leiden, maar het is niemand ontgaan dat tot voor kort de Belgische banken megawinsten maakten en er excessieve bonussen werden uitgekeerd waarvan je je in de meest extreme gevallen kunt afvragen hoe ver ze nog verwijderd waren van misbruik van vennootschapsgoederen.
Vanuit lobbykringen werd voorgehouden dat een dergelijk beleid belangrijk was voor de ontwikkeling van het bedrijfsleven en dat het zou helpen om de beslissingscentra van grote bedrijven hier te houden. In het verlengde van dit 'faciliterende beleid' werd de regulering zwak gehouden. In de elektriciteitsector lijkt het zo erg dat men meer het woord van mijnheer Jean-Pierre Hansen (hoogste Belg bij GdF Suez) vertrouwt dan dat van de regulator, de Creg. Mijnheer Hansen verdiende in 2007 bruto 12 miljoen op zijn aandelenopties, waardoor niet veel ruimte is voor twijfel over wat zijn uitspraken stuurt.
De pijnlijke realiteit is dat we daardoor vandaag kwetsbaar zijn voor allerhande soorten chantage, waarbij toekomstige investeringen in dit land afhankelijk gemaakt worden van het verder blijven marcheren in de richting die de (buitenlandse) machtcentra dicteren. Het is hoog tijd dat het belang van de afnemer (de consument) voorop wordt gesteld en dat betekent dat werk moet worden gemaakt van een betere regulering of het nu gaat om de elektriciteitsector, financiële sector of welke sector ook.
In de financiële sector kan een sterke regulator er bijvoorbeeld ook voor helpen zorgen dat nu Fortis Bank dreigt een filiaal te worden van BNP Paribas, de activiteiten die in België blijven toch nog een zekere eigen dynamiek kunnen behouden. In de elektriciteitsector moeten lage tarieven de economie helpen competitief te blijven en beletten dat de Belgische consument verder gebruikt wordt om Franse winsten te spekken.
De tweede grote misrekening van het Belgisch beleid is dat door al decennialang de meerwaardebelasting op nul te houden, men de verkoop van Belgische bedrijven in de hand heeft gewerkt. De Belgische fiscaliteit is van die aard dat het tewerkstelling bestraft en het bovendien voor bedrijfsleiders aantrekkelijk maakt om zichzelf niet veel loon uit te betalen (wegens fiscaal te duur) maar wel op een later ogenblik belastingvrij het bedrijf te verkopen.
Het verklaart bijvoorbeeld ook dat als de aandeelhouders geconfronteerd werden met een bod op bedrijven als Royale Belge, BBL, Tractebel, Electrabel of welk bedrijf dan ook, de aandeelhouders gretige verkopers waren. Zelfs in Amerika vindt men deze fiscale attitude haast onbegrijpelijk. Omgekeerd wordt belasting op arbeid in België ongenadig fiscaal aangepakt. Bedrijven die hun werknemers wensen te belonen, kijken tegen zeer hoge kosten aan. Voor veel werkloze werknemers is het interessanter om voor de hangmat te kiezen (eufemistische de werkloosheidsval genoemd) in plaats van om 6.30 uur uit bed te rollen.
Een verlaging van de belasting op arbeid en het wegwerken van de fiscale aanmoediging om bedrijven te verkopen, is de logica zelve. In een land als België valt natuurlijk het ergste te vrezen: politici die staan te popelen om een vermogensbelasting in te voeren en de tewerkstellingsvernietigende fiscaliteit op arbeid en de hangmatcultuur ongemoeid laten. Als de herschikking van de belastingdruk er komt, is dat helaas rijkelijk laat, maar het zou verfrissend zijn om te zien dat men toch bereid is het in dit land over een andere boeg te gooien. Een koerswending zou ook op zijn plaats zijn richting een betere regulering en meer onafhankelijkheid ten aanzien van lobbygroepen.
Pascal Dendooven is redacteur economie.